Volgens de ManpowerGroup Barometer die vandaag werd gepubliceerd, zou de wervingsactiviteit in België in de loop van het 4e kwartaal moeten toenemen. Van de 751 Belgische werkgevers die eind juli door ManpowerGroup werden bevraagd, overweegt 7% hun personeelsbestand tegen eind 2019 uit te breiden, terwijl slechts 1% het aantal werknemers plant te verminderen. Het aantal werknemers zal naar verwachting stabiel blijven in 9 van de 10 bedrijven. Na correctie van de seizoenvariaties bereikt de Nettotewerkstellingsprognose(*) – of het verschil tussen het percentage werkgevers dat aanwervingen plant en het percentage werkgevers dat ontslagen voorziet – de bemoedigende waarde van +6%. Dat is een stijging van 3 punten ten opzichte van het vorige kwartaal en een status quo in vergelijking met het 4e kwartaal van 2018.
“Ondanks de politieke en economische onzekerheden, zowel nationaal als internationaal, hebben de Belgische werkgevers er alle vertrouwen in en zijn ze van plan om tegen het einde van het jaar meer personeel aan te werven”, verklaart Philippe Lacroix, Managing Director van ManpowerGroup BeLux. “Volgens het laatste rapport van de Hoge Raad voor de Werkgelegenheid zouden er in 2019 naar verwachting 61.000 netto banen worden gecreëerd in België, een stijging die vergelijkbaar is met die van vorig jaar (62.000 banen). Maar het rapport waarschuwt er terecht voor dat deze groei naar verwachting zal afnemen in 2020 en 2021 als er op verschillende bestuursniveaus geen maatregelen worden genomen om de kloof tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt te verkleinen. Op het terrein worden we dagelijks geconfronteerd met deze wervingsproblemen, in een markt waar de (gekwalificeerde) kandidaat de wet dicteert.”
De tewerkstellingsvooruitzichten voor het volgende kwartaal zijn positief in de drie gewesten van het land. In Vlaanderen (+7%) tonen de werkgevers zich het meest optimistisch. Zij melden een Nettotewerkstellingsprognose die 2 punten hoger ligt ten opzichte van het vorige kwartaal en vorig jaar. De wervingsactiviteit in Wallonië (+6%) zou voor het derde opeenvolgende kwartaal vrij gunstig moeten blijven (+6%). In Brussel zijn de werkgevers voorzichtiger (+4%). Daar ligt de Nettotewerkstellingsprognose 3 punten hoger dan in het vorige kwartaal, maar daalt ze 2 punten ten opzichte van het 4e kwartaal van 2018.
In 9 van de 10 bevraagde sectoren zijn de werkgevers van plan nieuwe jobs te creëren in de loop van het 4e kwartaal van 2019. De hoogste wervingsintenties worden gemeld door de werkgevers uit de Landbouw en visserijsector (+14%), de Groot- en detailhandel (+10% – de meest optimistische prognose in acht jaar) en de sector Elektriciteit, gas en water (+10%). De wervingsactiviteit zal naar verwachting vrij sterk zijn in de sectoren Financiën, verzekering, vastgoed en diensten (+8%), gematigd in de sectoren Openbare Diensten, onderwijs, gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening (+6%) en de Maakindustrie (+5%) en voorzichtig in de sector Transport en logistiek (+4%). In de sector Extractieve industrie (+1%) en de Bouwsector (0%), daarentegen, zal de werkgelegenheid naar verwachting weinig veranderen, terwijl ze vermoedelijk zal dalen in de Horeca (-6%), waar de werkgevers voor het derde opeenvolgende kwartaal een negatieve Nettotewerkstellingsprognose laten optekenen met de laagste cijfers in zes jaar.
De Nettotewerkstellingsprognose wordt, van het ene tot het andere kwartaal, beter in vijf sectoren en slechter in drie sectoren. De wervingsintenties boeken, van het ene tot het andere kwartaal, vooruitgang in vier sectoren en gaan achteruit in zes andere sectoren.
Volgens de enquête zal de jobcreatie naar verwachting vooral betrekking hebben op de grote ondernemingen (≥ 250 werknemers) en middelgrote ondernemingen (50-249 werknemers). In deze segmenten bedraagt de Nettotewerkstellingsprognose respectievelijk immers +29% en +20%. Werkgevers van kleine ondernemingen (10-49 werknemers) verwachten een vrij stevige wervingsactiviteit (+11%). De werkgevers uit het segment van de micro-ondernemingen (< 10 werknemers) zijn een pak voorzichtiger. Zij geven en Nettotewerkstellingsprognose van +4% aan.
ManpowerGroup heeft in 44 landen en gebieden meer dan 59.000 telefonische enquêtes gevoerd om de personeelsevoluties die verwacht worden voor het 4e kwartaal van 2019 te meten.
De resultaten van de volgende ManpowerGroup Barometer voor de tewerkstellingsvooruitzichten worden verspreid op 10 december 2019 (1ste kwartaal 2020).
(*) Het cijfer van de Nettotewerkstellingsprognose wordt verkregen door het percentage te nemen van de werkgevers die verwachten dat de totale werkgelegenheid zal stijgen en daarvan het percentage af te trekken van de werkgevers die het volgende kwartaal een daling verwachten van de werkgelegenheid in hun onderneming. Het gaat hier dus om een nettosaldo van tewerkstellingsvooruitzichten dat zowel positief als negatief kan zijn. De commentaren zijn gebaseerd op de gegevens na uitzuivering van de seizoenvariaties, in de mate waarin die beschikbaar zijn. De gecorrigeerde gegevens van de seizoensvariaties zijn niet beschikbaar voor Kroatië en Portugal
(**) Hoge Raad voor de Werkgelegenheid: verslag 2018
De ManpowerGroup Barometer voor de tewerkstellingsvooruitzichten (ManpowerGroup Employment Outlook Survey – MEOS) voor het 4e kwartaal van 2019 is tussen 17 en 30 juli 2019 uitgevoerd bij een representatieve steekproef van meer dan 59.000 werkgevers (waarvan 751 in België) uit de openbare sector en de privésector in 44 landen en gebieden. Het doel is de rekruteringsplannen van bedrijven voor het volgende kwartaal te vergelijken met het vorige kwartaal. Alle respondenten hebben op dezelfde vraag geantwoord: “Hoe zal de totale werkgelegenheid in uw onderneming zich het komende kwartaal – dus tot het einde van december 2019 – ontwikkelen in vergelijking met het huidige kwartaal?” Het is het enige onderzoek dat op dergelijke schaal de tewerkstellingsverwachtingen peilt. De enquête is uniek door haar omvang, doel, duur en inhoud. De ManpowerGroup Barometer loopt al meer dan 50 jaar. Het is een van de meest betrouwbare onderzoeken voor de meting van de tewerkstellingsgraad en geldt als een erkende economische indicator.
Sinds het 2e kwartaal van 2008 wordt het TRAMO-SEATS-model toegepast om de seizoenvariaties uit te zuiveren. Daardoor kunnen sommige seizoensgezuiverde data licht afwijken van de cijfers uit vorige edities. Dit model wordt aanbevolen door het Eurostat-departement van de Europese Unie en de Europese Centrale Bank en is internationaal wijdverspreid.